Immuniteit

Bétaglucanen zijn polysachariden, lange ketens van suikermoleculen (glucose), die aan elkaar gebonden zijn door een speciaal soort verbindingen, de zogenaamde β-glycoside bindingen, waaraan ze het ‘bèta’ gedeelte van hun naam te danken hebben. Ze komen in de voeding vooral voor in de vorm van cellulose of plantenvezels, in granenzemelen, haver paddenstoelen, schimmels en bakkersgist. Bètaglucanen staan in de voedingsgeneeskunde bekend om hun gunstig effect op het immuunsysteem. Ze worden daarom ook als supplement verkocht. De rijkste voedingsbronnen van bètaglucanen – haver, paddenstoelen en zemelen – worden niet echt veel meer gegeten.

Een beetje scheikunde 

Er zijn verschillende soorten bètaglucanen, afhankelijk van de plaats waar de glucoseketens met elkaar verbonden zijn. Als je leest over bèta 1,3/1,6 glucanen, dan wil dat zeggen dat het gaat om een ketting van glucosemoleculen waarvan de koolstof van de ene telkens verbonden is met de derde koolstof van de volgende. Op die ketting zitten hier en daar nog andere glucosekettingen gebonden , die dan met de eerste koolstof gebonden zijn aan de zesde koolstof van een glucosemolecule uit de eerste ketting.

Waarom is dat belangrijk om te weten? Bèta 1,3/1,6 – glucanen verhogen de immuniteit heel sterk , terwijl bèta 1,3/1,4 glucanen dat veel minder uitgesproken doen.

Vezels 

Bètaglucanen zijn eigenlijk een speciaal soort vezels. Onze spijsverteringsenzymen kunnen deze vezels niet afbreken, omdat ze de bindingen niet kunnen verbreken. Ze zijn dus onverteerbaar. Maar de darmbacteriën kunnen ze wel fermenteren en ze zelf gebruiken als voedsel. Dat is één van de redenen waarom ze zo’n gunstig effect hebben op de gezondheid, vooral op de immuniteit : ze voeden de darmbacteriën en stimuleren de groei van een gezonde darmflora. Maar ze verhogen de immuniteit ook rechtstreeks.

Infecties

Bèta 1,3/1,6 glucanen uit paddenstoelen verhogen de immuunrespons van het lichaam en de aanmaak van de immuun cellen. Dat komt omdat het lichaam deze stoffen herkent als onderdelen van bacteriën, schimmels en gisten en dus als lichaamsvreemd beschouwt. De aanwezigheid van bètaglucanen in de darm prikkelt het immuunsysteem. Er worden meer immuun cellen aangemaakt om deze vreemde stoffen aan te vallen en weg te werken. De verhoogde aanmaak en activiteit van immuun cellen kan dan ook aangewend worden voor het bestrijden van andere ongewenste indringers : virussen, bacteriën, enz.

Gunstige effecten van bètaglucanen

  •  Stimuleren de aanmaak en activiteit van immuun cellen, zoals Natural Killer cellen, T-cellen, B- cellen,  neutrofielen en macrofagen
  • Verhogen de immuniteit door het immuunsysteem te prikkelen
  • Verbeteren de symptomen van astma
  • Hebben een ontstekingsremmende werking
  • Voorkomen virale infecties (griep, herpes)
  • Beschermen tegen het influenza virus (griepvirus), remmen de replicaties van het virus
  • Verhogen de weerstand tegen bacteriën en parasieten
  • Het zijn prebiotica, ze dienen als voeding voor de darmbacteriën en hebben een gunstig effect op de darmflora
  • Verhogen de aanmaak van boterzuur (butyraat), zorgen voor een gezonden darmwand en darmfuncties en voorkomen ontstekingsreacties in de darm van mensen met inflammatoire darmaandoeningen, zoals de ziekte van Crohn en Colitis ulcerosa.

(bron : PlaceboNocebo nr 9 , sept / okt 2013)